Jack Black op veertiende aan de cocaïne
LOS ANGELES - Jack Black raakte op zijn veertiende aan de cocaïne. In een interview met Parade vertelt de acteur dat hij het moeilijk had met de scheiding van zijn ouders en dat hij ook de dood van zijn oudere broer maar moelijk kon verkroppen.
Blacks oudere broer Howard overleed op 31-jarige leeftijd aan aids. "Hij had een grote invloed op me. Hij nam me mee naar mijn eerste rockconcert: ik was elf en hij was 23. Hij vormde mijn muzieksmaak", aldus de King Kong-acteur. Jacks ouders scheidden toen hij hij tien jaar was, iets wat hem niet in de koude kleren ging zitten. Op zijn veertiende kwam Jack door foute figuren op school in aanraking met drugs.
"Ik herinner me een hoop ellende uit die periode. Ik had veel problemen met cocaïne. Ik hing rond met behoorlijk ruige types. Ik was bang om naar school te gaan want een van hen wilde mij vermoorden. Ik wilde niet langer naar school." Jacks ouders plaatsten hem op een privéschool voor probleemjongeren. "De meeste kinderen die daar zaten, waren daar omdat ze van andere scholen waren geschopt, maar ik zat daar vrijwillig. Het was een plek om helemaal opnieuw te beginnen."
Uiteindelijk nam Black een schooltherapeut in vertrouwen en vertelde over zijn drugsgebruik. "Ik gooide alles eruit, vertelde hem dat ik me schuldig voelde omdat ik geld van mijn moeder stal voor cocaïne. Ik huilde als een baby. Het was een enorme bevrijding en ik voelde me daarna euforisch, alsof een gewicht van mijn schouders was getild. Het heeft me veranderd."