Vertaling van: Françoise Hardy - La maison où j'ai grandi
Wanneer ik terugblik op mijn herinneringen
zie ik weer het huis waar ik ben opgegroeid,
allerlei dingen zie ik weer voor me,
ik zie rozen in een tuin.
Daar waar toen bomen leefden,
is nu de stad,
en het huis, de bloemen waar ik van hield
die zijn niet meer...
Wat konden ze lachen, al mijn vrienden,
wat konden ze goed meedoen met mijn spel,
maar aan alles in het leven komt een einde
en ik moest vertrekken, met tranen in de ogen.
Mijn vrienden vroegen mij waarom ik huilde,
de wereld ontdekken is beter dan blijven,
jij zult daar al die dingen zien die men
hier niet zal vinden,
een hele stad die 's nachts gaat slapen
badend in licht. Toen ik dit hoekje van mijn jeugd verliet,
wist ik al dat ik er mijn hart achter liet,
al mijn vrienden benijdden me om mijn geluk,
maar ik denk nog steeds aan hun vreugde,
aan de zorgeloosheid die hen deed lachen,
en het lijkt of ik mezelf tegen hen hoor zeggen
'ik kom terug op een dag, een mooie ochtend
tussen jullie gelach,
ja, op een dag neem ik de eerste trein
van de herinnering.
De tijd ging voorbij en hier ben ik weer,
Op zoek tevergeefs naar ‘t huis waar ‘k van hield.
Waar zijn de stenen en waar zijn de rozen,
al deze dingen waar ik zo aan gehecht was,
van hen en mijn vrienden is er geen spoor meer,
and’re mensen, and’re huizen hebben hun plaats ingenomen.
Daar waar toen bomen leefden, is nu de stad
en het huis, de bloemen waar ik zo van hield, die zijn niet meer.
Ik weet niet meer waar het is, mijn huis,
het huis waarin ik opgroeide,
waar is toch mijn huis.
zie ik weer het huis waar ik ben opgegroeid,
allerlei dingen zie ik weer voor me,
ik zie rozen in een tuin.
Daar waar toen bomen leefden,
is nu de stad,
en het huis, de bloemen waar ik van hield
die zijn niet meer...
Wat konden ze lachen, al mijn vrienden,
wat konden ze goed meedoen met mijn spel,
maar aan alles in het leven komt een einde
en ik moest vertrekken, met tranen in de ogen.
Mijn vrienden vroegen mij waarom ik huilde,
de wereld ontdekken is beter dan blijven,
jij zult daar al die dingen zien die men
hier niet zal vinden,
een hele stad die 's nachts gaat slapen
badend in licht. Toen ik dit hoekje van mijn jeugd verliet,
wist ik al dat ik er mijn hart achter liet,
al mijn vrienden benijdden me om mijn geluk,
maar ik denk nog steeds aan hun vreugde,
aan de zorgeloosheid die hen deed lachen,
en het lijkt of ik mezelf tegen hen hoor zeggen
'ik kom terug op een dag, een mooie ochtend
tussen jullie gelach,
ja, op een dag neem ik de eerste trein
van de herinnering.
De tijd ging voorbij en hier ben ik weer,
Op zoek tevergeefs naar ‘t huis waar ‘k van hield.
Waar zijn de stenen en waar zijn de rozen,
al deze dingen waar ik zo aan gehecht was,
van hen en mijn vrienden is er geen spoor meer,
and’re mensen, and’re huizen hebben hun plaats ingenomen.
Daar waar toen bomen leefden, is nu de stad
en het huis, de bloemen waar ik zo van hield, die zijn niet meer.
Ik weet niet meer waar het is, mijn huis,
het huis waarin ik opgroeide,
waar is toch mijn huis.