Vertaling van: Katie Melua - On The Road Again
Ach ik ben zo moe van het huilen,
Maar ik ben weer onderweg.
Ach ik ben zo moe van het huilen,
Maar ik ben weer onderweg.
Ik heb helemaal niemand,
Gewoon om mijn bijzondere vriend te noemen.
Weet je de eerste keer dat ik er op uit ging
In de regen en de sneeuw,
In de regen en de sneeuw.
Weet je de eerste keer dat ik er op uit ging
In de regen en de sneeuw,
In de regen en de sneeuw.
Stond ik op geen loonlijst,
Had zelfs geen dak boven mijn hoofd.
En mijn lieve moeder liet me achter,
Toen ik nog erg jong was,
Toen ik nog erg jong was.
En mijn lieve moeder liet me achter,
Toen ik nog erg jong was,
Toen ik nog erg jong was.
Ze zei: "God, heb meelij met mijn verdorven kroost". Ach neem het van me aan, mamma,
Huil alsjeblieft niet meer.
Neem een wenk van me aan, mamma,
Huil alsjeblieft niet meer.
Want al gauw op een morgen,
Ga ik op pad.
Nee, ik ga niet op pad,
Langs die lange oude eenzame weg,
Helemaal alleen.
Nee, ik ga niet op pad,
Langs die lange oude eenzame weg,
Helemaal alleen.
Als je niet met me meegaat,
ga ik met een ander.
Ach ik ben zo moe van het huilen,
Maar ik ben weer onderweg.
Ik heb helemaal niemand,
Gewoon om mijn bijzondere vriend te noemen.
Ik heb helemaal niemand,
Gewoon om mijn bijzondere vriend te noemen.
Ik heb helemaal niemand,
Gewoon om mijn bijzondere vriend te noemen.
Maar ik ben weer onderweg.
Ach ik ben zo moe van het huilen,
Maar ik ben weer onderweg.
Ik heb helemaal niemand,
Gewoon om mijn bijzondere vriend te noemen.
Weet je de eerste keer dat ik er op uit ging
In de regen en de sneeuw,
In de regen en de sneeuw.
Weet je de eerste keer dat ik er op uit ging
In de regen en de sneeuw,
In de regen en de sneeuw.
Stond ik op geen loonlijst,
Had zelfs geen dak boven mijn hoofd.
En mijn lieve moeder liet me achter,
Toen ik nog erg jong was,
Toen ik nog erg jong was.
En mijn lieve moeder liet me achter,
Toen ik nog erg jong was,
Toen ik nog erg jong was.
Ze zei: "God, heb meelij met mijn verdorven kroost". Ach neem het van me aan, mamma,
Huil alsjeblieft niet meer.
Neem een wenk van me aan, mamma,
Huil alsjeblieft niet meer.
Want al gauw op een morgen,
Ga ik op pad.
Nee, ik ga niet op pad,
Langs die lange oude eenzame weg,
Helemaal alleen.
Nee, ik ga niet op pad,
Langs die lange oude eenzame weg,
Helemaal alleen.
Als je niet met me meegaat,
ga ik met een ander.
Ach ik ben zo moe van het huilen,
Maar ik ben weer onderweg.
Ik heb helemaal niemand,
Gewoon om mijn bijzondere vriend te noemen.
Ik heb helemaal niemand,
Gewoon om mijn bijzondere vriend te noemen.
Ik heb helemaal niemand,
Gewoon om mijn bijzondere vriend te noemen.