Vertaling van: David Sylvian - Remembering Julia
Ik denk terug aan Julia, ze staat in de kamer.
Trieste ogen, glimlachend, ze is alleen, in een blauwe bloes, naast een blauwe auto.
De lucht is grijs, altijd grijs.
Iemand is op bezoek gekomen, een vader.
Een vriend zegt vaarwel en zal nooit meer worden gezien,
Hij rijdt weg, hij rijdt gewoon weg...
Ze lacht vanuit de bomen, laat ons dansen.
Ze huilt in de preekstoel, wachtend op een teken.
Ze was slechts een gebed, ze wordt onder water geduwd.
Beloofd om een goede soldaat te zijn, om te vechten voor wat van haar is.
Ze is het wisselkind, de toneelspeler in het verkeerde stuk.
De tijd gaat zo snel voorbij.
Ze zit op haar knieƫn, ligt op haar rug,
Ze is de steen die niet kon worden gebroken.
Julia wordt vergeten, maar ik denk aan haar.
Kleine meisjes met 99 levens.
Ze zijn gewond, maar genezen.
Ze vervagen stilletjes, ze hebben hun onschuld verloren. Haar angst is diepgeworteld, tot op het bot,
Een verlaten kampvuur, as en steen.
Door alles te vertellen van de herinnering die ze heeft begraven
Het verlichten van de last van schaamte die ze heeft gedragen,
Zinkt ze in de aarde, laat geen spoor achter.
Trek ik haar schoenen aan en strik de veters.
Ik herinner me Julia,
Kleine meisjes met 99 levens.
Ze jagen achter pluizebollen aan, en doen wensen bij vallende sterren,
En jagen achter het loof van klavers en achter gevallen sterren aan.
Ik ben aan het leren om te leven.
Julia leert om te vergeten..
Trieste ogen, glimlachend, ze is alleen, in een blauwe bloes, naast een blauwe auto.
De lucht is grijs, altijd grijs.
Iemand is op bezoek gekomen, een vader.
Een vriend zegt vaarwel en zal nooit meer worden gezien,
Hij rijdt weg, hij rijdt gewoon weg...
Ze lacht vanuit de bomen, laat ons dansen.
Ze huilt in de preekstoel, wachtend op een teken.
Ze was slechts een gebed, ze wordt onder water geduwd.
Beloofd om een goede soldaat te zijn, om te vechten voor wat van haar is.
Ze is het wisselkind, de toneelspeler in het verkeerde stuk.
De tijd gaat zo snel voorbij.
Ze zit op haar knieƫn, ligt op haar rug,
Ze is de steen die niet kon worden gebroken.
Julia wordt vergeten, maar ik denk aan haar.
Kleine meisjes met 99 levens.
Ze zijn gewond, maar genezen.
Ze vervagen stilletjes, ze hebben hun onschuld verloren. Haar angst is diepgeworteld, tot op het bot,
Een verlaten kampvuur, as en steen.
Door alles te vertellen van de herinnering die ze heeft begraven
Het verlichten van de last van schaamte die ze heeft gedragen,
Zinkt ze in de aarde, laat geen spoor achter.
Trek ik haar schoenen aan en strik de veters.
Ik herinner me Julia,
Kleine meisjes met 99 levens.
Ze jagen achter pluizebollen aan, en doen wensen bij vallende sterren,
En jagen achter het loof van klavers en achter gevallen sterren aan.
Ik ben aan het leren om te leven.
Julia leert om te vergeten..