Vertaling van: Jean Ferrat - Les cerisiers
Ik heb vaak gedacht: de ouderdom is ver weg
Maar zo heel zoetjesaan komt de ouderdom toch
Beetje bij beetje, heel delicaat
Om de oude muzikant geen pijn te doen
Al word ik soms misleid door zijn wellevendheid
Al geloof ik soms: hij is nog ver weg
Ik zou niets liever willen voordat het zover is
Geschiede waar ik van droomde toen ik 17 was
Ah dat de kersentijd toch nog moge komen
Voordat ik met stille trom vertrek
Voordat ik mijn koffers heb moeten sluiten
En men mij in de laatste trein duwt
O men zal beslist zeggen dat het maar dwaas is
Dat mijn utopie heeft afgedaan
Dat anderen de kersentijd bezongen hebben
Maar dat zij daarna van mening veranderd zijn Ik, al heb ik dan treurige jaren gekend
En mijn kersenbomen lentes van verrotting
Ik heb daar niet opeens anders over willen denken
Noch erin willen berusten als een verbitterd mens
Ah dat de kersentijd toch nog moge komen
Voordat ik met stille trom vertrek
Voordat ik mijn koffers heb moeten sluiten
En men mij in de laatste trein duwt
Zolang ik nog voort kan sjokken op mijn sloffen
Zal ik voor me uit neuriƫn dat liedje
Waar ik al van hield toen ik een schoffie was,
Nog in de bloei van mijn jaren
Laat anderen de pruimen maar bezingen, niet ik
Ik zal trouw blijven aan mijn idealen
Blijven koesteren de hoop
Op een waar geworden droom
Ah dat de kersentijd toch nog moge komen
Voordat ik met stille trom vertrek
Voordat ik mijn koffers heb moeten sluiten
En men mij in de laatste trein duwt
Maar zo heel zoetjesaan komt de ouderdom toch
Beetje bij beetje, heel delicaat
Om de oude muzikant geen pijn te doen
Al word ik soms misleid door zijn wellevendheid
Al geloof ik soms: hij is nog ver weg
Ik zou niets liever willen voordat het zover is
Geschiede waar ik van droomde toen ik 17 was
Ah dat de kersentijd toch nog moge komen
Voordat ik met stille trom vertrek
Voordat ik mijn koffers heb moeten sluiten
En men mij in de laatste trein duwt
O men zal beslist zeggen dat het maar dwaas is
Dat mijn utopie heeft afgedaan
Dat anderen de kersentijd bezongen hebben
Maar dat zij daarna van mening veranderd zijn Ik, al heb ik dan treurige jaren gekend
En mijn kersenbomen lentes van verrotting
Ik heb daar niet opeens anders over willen denken
Noch erin willen berusten als een verbitterd mens
Ah dat de kersentijd toch nog moge komen
Voordat ik met stille trom vertrek
Voordat ik mijn koffers heb moeten sluiten
En men mij in de laatste trein duwt
Zolang ik nog voort kan sjokken op mijn sloffen
Zal ik voor me uit neuriƫn dat liedje
Waar ik al van hield toen ik een schoffie was,
Nog in de bloei van mijn jaren
Laat anderen de pruimen maar bezingen, niet ik
Ik zal trouw blijven aan mijn idealen
Blijven koesteren de hoop
Op een waar geworden droom
Ah dat de kersentijd toch nog moge komen
Voordat ik met stille trom vertrek
Voordat ik mijn koffers heb moeten sluiten
En men mij in de laatste trein duwt