Van Engelshoven hoopt op theaterbezoek na cultuur-tv
De zendtijd voor podiumkunsten waar het kabinet 10 miljoen in heeft gestoken trekt mensen die normaal niet naar theater of opera gaan mogelijk de drempel over dat in de toekomst wel eens te doen. Die hoop spreekt cultuurminister Ingrid van Engelshoven maandag uit in het AD.
Eerder deze maand maakte zij bekend dat de publieke omroep 10 miljoen krijgt om 'het grootste podium van Nederland' beschikbaar te maken voor de noodlijdende cultuursector. Met dat geld gaat de NPO zendtijd vrijmaken om voorstellingen die door de coronacrisis in theaters niet door kunnen gaan, op televisie uit te zenden.
Van Engelshoven is duidelijk in haar voorspelling dat ze niet alles en iedereen binnen de cultuursector kan redden. "Deze crisis is zo groot, dat we de sector ook zo breed mogelijk moeten steunen. Mijn zakken zijn diep, maar niet eindeloos. Daarom moeten we ook realistisch zijn: er werken in de kunst en cultuur veel kleine zelfstandigen. Die gaan het niet allemaal redden."
Toch ziet zij kleine lichtpuntjes in de cultuurcrisis. "Ik sprak een operazanger die ineens voor rollen wordt gevraagd, waarvoor men normaal gesproken altijd de grens over keek. We gaan nu talenten die we zelf in huis hebben misschien ook meer waarderen."