Portret Rufus Collins maakt Amsterdamse schouwburg wat diverser
De bekende galerij van portretten van theatermakers en acteurs in de schouwburg aan het Amsterdamse Leidseplein wordt uitgebreid met een schilderij van de in New York geboren Rufus Collins. Hij was onder meer mede-oprichter van het eerste professionele multiculturele toneelgezelschap in ons land, De Nieuw Amsterdam (DNA). Cultuurminister Ingrid van Engelshoven onthult het portret vrijdagavond. Het is gemaakt door Brian Elstak.
Het is het tweede portret van een gekleurde theatermaker in deze schouwburg, na dat van Theo d'Or-winnares Romana Vrede, dat er sinds 2019 hangt. De onthulling ervan is een van de belangrijkste gebeurtenissen tijdens een speciaal programma waarin wordt stilgestaan bij de "veelkleurige geschiedenis" van de Nederlandse podiumkunsten.
Rufus Collins (1935 - 1996) werkte aanvankelijk in zijn eigen land, maar trok later naar Londen waar hij versies van de musicals Hair en Jesus Christ Superstar regisseerde. In 1981 kwam hij naar Amsterdam en regisseerde hij samen met de Surinaams-Nederlandse Henk Tjon diverse voorstellingen. Collins gaf ook spel- en regieles op de Theaterschool. In 1985 richtten Tjon en hij DNA op, dat als erg belangrijk wordt gezien voor de ontwikkeling van niet-westers theater en multiculturele theatermakers in Nederland.
Nu zijn portret in de schouwburg van de hoofdstad komt, tegenwoordig Internationaal Theater Amsterdam (ITA) geheten, begeeft Collins zich in een illuster gezelschap. Zo hangen en staan er portretten en bustes van onder anderen Nederlandse theatericonen Louis Bouwmeester, Esther de Boer-van Rijk, Herman Heijermans, Ko van Dijk en de winnaars van de Theo- en Louis d'Ors, de belangrijkste toneelprijzen.
Portret en programma zijn initiatieven van The Need for Legacy, een stichting van jonge theatermakers van kleur die zich inspannen voor een inclusieve Nederlandse theatergeschiedenis.
Laatst gewijzigd op: 4 jaar geleden
